Adele, de betoverende meid, is hard aan het werk en ruimt ijverig haar vriendjes woning op. Zonder dat ze het weet observeert hij haar stiekem vanuit een verborgen uitkijkpunt elke beweging. Geïntrigeerd door haar prikkelende allure besluit hij mee te doen met het plezier. Zachtjes streelt hij haar weelderige, harige schat, ontsteekt een vurige passie in haar. Overweldigd door verlangen buigt ze zich voorover, haar uitnodigend achterdeurtje aan hem presenterend. Met een ondeugende glinstering in zijn ogen duikt hij in haar, zet de kamer rauw op met hun oerglans, wellustig. Adeles kreunend helpt hij haar van achterlangs, maar zonder blikken, maar helpt haar rustig te helpen door haar benen te spreiden, laat niets over van genot door haar korte, zachte ademhaling van haar genot. Dit genot laat zich niet verslappen door de intense ademhaling van haar vriendje.