In de hete grenzen van mijn werkplek gaf mijn baas een commando uit dat me volkomen perplex achterliet. Hij droeg me op om zijn mannelijkheid te betasten, niet voor mijn eigen bevrediging, maar zodat hij kon genieten van de extase van mijn verrukkelijke dong. De uitwisseling van genot werd een prikkelende dans, een bewijs van het ruwe, dierlijke verlangen dat zelfs in de meest professionele omgevingen kan ontbranden. Onze lichamen bewogen synchroon, een symfonie van lust en verlangen die onmogelijk te weerstaan was. De hitte tussen ons was voelbaar, een bewijs voor de vleselijke verbinding die we deelden. Terwijl we ons overgaven aan onze aandrang, werd de lijn tussen genot en genot slechts een spoor van voldoening in ons beroep, vervaagde alleen maar een spoor van bevredigingen.