De scène begint met een stiefmoeder die haar stiefzoon en stiefdochter in een compromitterende positie vindt. De stiefmoedster is geschokt als ze haar stiefdochers een gebrek aan moraal ziet, zoals ze haar stievedochter altijd als een lief en onschuldig meisje had beschouwd. De stievedozer wordt door het onverwachte bezoek van haar stiefmoeders betrapt en probeert zichzelf uit te leggen. De stijfouders zijn niet overtuigd en besluiten het heft in eigen handen te nemen. De stootvader wordt opgeroepen en hij is niet blij als zijn vrouw en stiefzoons zich bezighouden met zulk ongepast gedrag. De stijvevader is woedend en besluit zijn stiefdocent te straffen voor haar ongehoorzaamheid. Hij bindt haar polsen en enkels met een touw in haar kamer en laat haar denken aan haar acties. De stichter is alleen achter en besluit haar te helpen met de gang, de andere stiefdozer verlaat de kamer en verlaat de scène en verlaat haar eigen apparaten en de stiefdodochter verlaat haar stiefvader met het gevoel dat ze zichzelf helpt.