Het tafereel begint met Summer Lilacs die op haar bed ligt, een paar kousen draagt en een strak jurkje dat haar slipje nauwelijks bedekt. Haar tepels worden al snel hard, en ze kan het niet helpen dat ze zichzelf aanraakt door de stof van haar jurk. Langzaam schuift ze haar handen naar beneden, naar haar slipje, met haar vingers over het materiaal en plaagt zichzelf met de gedachte wat eronder ligt. Plots hoort ze geklop op de deur, en ze verstopt snel haar handen en probeert zichzelf te componeren. Maar haar lichaam staat nog steeds in brand, en ze merkt dat ze zich niet kan verzetten tegen de drang om zichzelf weer aan te raken. Ze staat op en gaat naar het raam, waar ze de zon ondergaat. Ze haalt haar schoenen uit en glijdt meer ontspannen in een staat van rust, eindelijk met haar lichaam in rust.